Nederland kan zich morgen (zaterdag) plaatsen voor de Olympische Spelen in Rio de Janeiro. Een kleine (3-2) nederlaag tegen Peru is al voldoende. Deze Zuid-Amerikaanse ploeg vecht voor haar laatste kans op een olympisch ticket en moet winnen.
De glorietijden van Peru liggen inmiddels in een ver verleden. In de jaren tachtig klopte Peru op de deur van de wereldtop en veroverde het zelfs zilveren medailles op het WK (1982) en de Olympische Spelen (1984).
Inmiddels is het zestien jaar geleden dat Peru voor het laatst deelnam aan de Spelen. Bondscoach Mauro Marasciulo is met een jonge ploeg naar Tokio afgereisd om daar verandering in te brengen; al lijkt het toernooi nog te vroeg te komen voor de talentvolle ploeg. Na vijf duels staat Peru op de zesde plaats met twee overwinningen. Hierdoor moet het zijn laatste twee duels - tegen Nederland en Thailand winnen - en hopen dat een land uit de top vier in de fout gaat.
Peru is wel een ploeg om rekening mee te houden voor de toekomst. Het gros van de selectie werd vierde op het WK onder de 18 in 2013 en veroverde een jaar eerder goud bij het continentale jeugdkampioenschap in Zuid-Amerika.
De 19-jarige Ángela Leyva is de ster van het team en reikt met haar ongekende sprongkracht tot grote hoogtes. Ze is één van de topscorers van het toernooi door elke wedstrijd nog in de dubbele cijfers te zijn geëindigd; zelfs in de 3-1 nederlaag tegen Korea was ze goed voor 23 punten. Leyva zou niet misstaan bij een Europese topclub, maar Peruviaans beleid verplicht speelsters er toe om tot hun 22ste jaar in de eigen competitie te spelen.
Nederland is morgen dus vooral gewaarschuwd voor Leyva, maar verder mag Peru geen problemen opleveren voor de wedstrijd die de geschiedenisboeken in moet gaan als het duel dat Oranje zich weer plaatste voor de Olympische Spelen.
Lees in Volleybalkrant Magazine meer over de tegenstanders van Nederland op het OKT.
Plaats een reactie
reacties: