De kritiek op de Europese volleybalbond (CEV) was niet mals na de loting voor de Europese bekertoernooien, terwijl de CEV juist dacht er goed aan te doen de loting enigszins te sturen. Vier Nederlandse clubs zijn aan elkaar gekoppeld in de Challenge Cup. Helaas geen buitenlandse trip of exotisch affiche voor eigen publiek, maar het scheelt wel in de kosten.
Riet Ooms, voorzitter van de Europacupcommissie, legde voor Volleybalkrant uit dat de CEV loot middels seeding & geography. ,,In de voorbereiding voor de loting worden - zoveel mogelijk - geografische groepen geformeerd, uiteraard afhankelijk van de inschrijvingen van de diverse landen. De beste acht landen worden volgens een systeem van seeding over vier groepen verdeeld. Daarna worden de overige ingeschreven teams in de diverse groepen bijgeplaatst."
De CEV heeft dit systeem om de kosten voor clubs zo laag mogelijk te houden. Een Europees avontuur is niet aan elke eredivisionist besteed en menig Nederlandse club zag de afgelopen jaren ook van zijn Europese startbewijs af uit angst voor de hoog oplopende kosten. Een busreis naar Duitsland kost immers een stuk minder tijd en geld dan vliegtickets naar Bakoe, Haifa of Novosibirsk.
Volleybalkrant wil van zijn lezers weten hoe zij over de Europese loting denken. Moet de loting volledig open zijn, met het risico dat een verre tegenstander uit de koker rolt, met alle economische gevolgen van dien? Of moet de loting gestuurd blijven, zodat de kosten in de eerste rondes zo laag mogelijk blijven?
Laat op de homepage weten wat u vindt van de nieuwe stelling: de CEV doet er goed aan rekening te houden met de afstanden bij de loting voor de Europese bekertoernooien.
Plaats een reactie
reacties: