Copyright © 2025 Volleybalkrant.
Artwork by the Media Artists. All rights reserved.
Gisteren was het al officieel. Nadat Servië twee wedstrijden op rij won was het zeker: Nederland degradeert uit de Volleyball Nations League. De wedstrijd tegen Italië deed er al niet meer toe. De realiteit komt hard binnen, want terug komen in de prestigieuze VNL is niet makkelijk. En vooral voor de ontwikkeling van de nieuwe groep is degradatie een zeer slechte zaak.
Nederland vs. Italië
Joel Banks gunde in de laatste wedstrijd van de VNL wat andere spelers de ervaring om tegen het grote Italië te spelen. Vooral Yannick Bak en Siebe Korenblek hadden we nog weinig eerder gezien. Naast hen kregen ook Twan Wiltenburg en Joris Berkhout een basisplaats. Ahyi en Koops hebben vrijwel de hele VNL al een plek in de starting six.
Italië was duidelijk een maatje te groot, maar Oranje liet gelukkig nog prima dingen zien. Lichtpuntjes aan de kant van Nederland? De energie en services van Korenblek, een sterke set tweede set van Ahyi (7 punten) en Bak (4 punten), de vier killblocks van Wiltenburg en het eerste officiële punt van Luuk de Groot in het shirt van Oranje. Italië ging echter zonder echte problemen naar een 0-3 overwinning (13-25, 22-25, 19-25).
Ahyi eindigde de wedstrijd met 13 punten, Wiltenburg, Bak en Korenblek met 6.
Cijfers en individuele prestaties
Nederland eindigt de Volleyball Nations League als 18e (laatste), met slechts 1 overwinning uit 12 wedstrijden. De landen erboven Turkije, Servië en China (dat de Final 8 organiseert, dus sowieso niet kon degraderen) boekten 3 overwinningen.
De enige overwinning kwam uit week één, en wel tegen Turkije. Dat kwam mede door een geweldige Michiel Ahyi, die tegen de Turken 31 punten binnen sloeg. Statistisch gezien kan Ahyi terugkijken op een uitstekende VNL. Hij is 10e geëindigd in het klassement van topscorers (178 punten). Maar ook zijn efficiëntie is zeer goed. Met een aanvalspercentage van 48.9% behoort hij tot de beste diagonaalspelers (7e). Zijn zwakte deze VNL was zijn service. 42 fouten tegenover 3 aces is een bijzonder laag gemiddelde.
Een andere uitblinker bij Oranje was Tom Koops. Vorig jaar proefde hij al even aan de VNL, maar van begin tot eind was hij een vaste waarde en stabiele factor voor Nederland. Hij eindigde zelfs bovenaan het klassement van beste passers van de VNL. Hij leverde maar liefst 106 perfecte passes af bij Keemink/Berkhout. In de VNL zijn er maar 7 spelers met een successrate van boven de 30%. De 24-jarige Koops behaalde 31.7%. Klok en Tuinstra zitten beiden rond de 27%. Daarnaast maakte Koops in totaal 136 punten en maakte hij de meeste aces (10) van Oranje in de VNL.
Voor Banks was Van der Ent een vaste keuze op het midden. Hij maakte maar liefst 83 punten (56% aanval) voor Oranje. Samen met Wiltenburg deelt hij de 11e plek op de lijst van beste blokkeerders. Wiltenburg had wel vier wedstrijden minder nodig om tot de 21 killblocks te komen. De afwezigheid van Plak in het eerste deel van de VNL was uiteindelijk te voelen. Sinds zijn terugkeer sloeg hij 69% van zijn ballen binnen en in 5 wedstrijden maakte hij 30 punten, waaronder 5 aces.
Tuinstra kwam tot 104 punten. Na een sterke eerste vier wedstrijden leek het echter alsof daarna zijn vertrouwen wat verdwenen was. Het niveau van de eerste week werd daarna helaas niet meer gehaald.
Waar is Nederland te kort gekomen?
Allereerst, in letterlijk elke wedstrijd maakte Oranje meer fouten dan haar tegenstander. De foutenlast van de ploeg van Banks was zeker een thema. Daarnaast werd er door Nederland voor dit niveau met de service veel te weinig gecreëerd. Om sets en uiteindelijk wedstrijden te winnen heb je af en toe een iemand nodig die een goede serie neerzet. Sporadisch lukten Koops, Tuinstra en Keemink dat, maar we zagen dit zelden gebeuren. En als de breakpoints er in dit geval weinig komen, staat er automatisch meer druk op de side-out. Deze was dan ook niet stabiel genoeg ten opzichte van andere landen. En dat terwijl er wél goed gepasst werd. Koops, Tuinstra en Klok lieten statistisch betere passcijfers zien dan de Nederlandse beste passer van de vorige VNL, Robbert Andringa. Maar in dit toernooi wist de tegenstander vaak alsnog te lezen wat Oranje deed en/of de aanvallers af te stoppen. Naast de service was ook de aanval niet constant genoeg. Een nieuwe selectie en een zeer beperkte voorbereidingstijd kunnen verklaringen zijn, maar alle andere landen hebben daar net zo goed mee te maken.
Degradatie en toekomst
Degradatie uit de Volleyball Nations League is een flinke teleurstelling. Dit evenement is een jaarlijks toernooi met de 16 beste teams van de wereld, waarin je altijd minimaal 12 wedstrijd op topniveau speelt. Het is dan ook totaal niet te vergelijken met bijvoorbeeld een WK dat in september nog op het programma staat. Als je geen kanshebber bent voor een plek ver in de eindrondes, kan het WK namelijk een heel kort toernooi zijn. Sterker nog, tijdens het aankomende WK gaan slechts twee van de vier teams door naar de volgende ronde. In het geval van Nederland is de kans dus aanwezig dat je na een paar wedstrijden klaar bent, aangezien Qatar en Roemenië (laat staan Polen) niet zomaar verslagen zijn. In een ongunstig geval ben je dus na drie wedstrijden klaar, waarvan twee wedstrijden tegen landen zijn die niet eens aan de VNL mee doen.
Natuurlijk staat daar het spelen van de Golden League tegenover, maar het is duidelijk dat het ideale podium om ervaring op te doen en op te boksen tegen de beste teams voorlopig verloren is gegaan. Ook in de Golden League zitten sterke landen, maar aangezien ook vrijwel iedereen van het ‘nieuwe’ Oranje in het buitenland speelt zal het niveau in de Golden League niet veel hoger zijn dan in hun eigen competities. En in de VNL is het niveau voor velen wél beduidend hoger.
Nederland is afgezakt naar de 19e plaats op de wereldranglijst. Die wereldranglijst wordt echter steeds belangrijker, aangezien deelnames aan EK's, WK's en de Olympische Spelen nu vooral door ranking bepaald worden! Hopelijk kunnen een aantal spelers die er deze VNL niet bij waren tijdens het WK wél hun steentje bijdragen. Want als we nog een stapje verder kijken is het eigenlijk héél belangrijk dat tijdens het WK Roemenië en Qatar verslagen worden. Dit zijn namelijk de twee landen die direct achter Oranje staan op de wereldranglijst. En verlies zou niet alleen einde WK betekenen, maar ook verdere daling op de wereldranglijst. En hoe kom je weer terug in de VNL? Nee, niet meer door het winnen van de Golden League en de Challenger. Maar via de wereldranglijst!
Je reactie is opgeslagen.
Plaats een reactie
reacties: