Competitiemodel België in Eredivisies

Voor het vijfde seizoen op rij verandert het competitiemodel van de Nederlandse Eredivisies. Met ingang van het seizoen 2013/2014 wordt het Belgische competitiemodel in gebruik genomen voor de Eredivisie en DELA Eredivisie. De Nevobo heeft het competitiemodel veranderd op advies van de Eredivisieteams.

Tien of acht teams, twee of vier keer tegen elkaar, wel of geen play-offs, wel of geen degradanten? Dat zijn vragen waar de Nevobo de afgelopen jaren via verschillende modellen het beste antwoord op probeerde te geven. De Eredivisieclubs willen duidelijkheid en hun wens om het Belgische model over te nemen is ingewilligd door de Nevobo. Dit betekent weliswaar voor het vijfde jaar op rij een nieuwe opzet, maar wel een model die al jaren voor succes zorgt in België.

In het Belgische model bestaat de competitie uit tien teams - de DELA Eredivisie wordt aangevuld tot tien teams - die eerst een reguliere competitie spelen met twee onderlinge ontmoetingen (thuis en uit). Na achttien speelrondes wordt de competitie opgesplitst in de play-offs (1-6) en play-downs (7-10). De eerste zes geklasseerde ploegen spelen opnieuw een normale competitie, waarbij de nummer één met vijf punten start, de nummer twee met vier, etc. Na de tien speelrondes mag de nummer drie Europa in. De nummers één en twee van de play-offpoule spelen een finaleserie om het landskampioenschap.

De nummers zeven tot en met tien van de reguliere competitie spelen een normale competitie in de play-downs. De nummer zeven begint met drie punten, de nummer acht met twee punten, etc. Na deze competitie degradeert de hekkensluiter naar de Topdivisie. De kampioen van de Topdivisie promoveert.